• Nel Bonte

    Werkwijze_beeldend werk_2018

    Het beeldend werk van Nel Bonte is een uitgepuurde vormentaal.
    Ze creëert installaties en sculpturen die uit geabstraheerde beeldelementen bestaan en die gerelateerd zijn aan fragmenten uit onze realiteit. Het werk leeft en transformeert.
    Nel wil het betekenisloos gegeven betekenis geven. Via een beeldende taal probeert ze een gelaagd verhaal te vertellen.

    Als beeldend kunstenaar gebruikt ze het detail en de fascinatie voor dit ‘gedetailleerde’ fragment.
    De belangrijkste factor voor haar werk is de bestaansreden van elk afzonderlijk sculptuur / installatie.
    Waarom geeft ze net die vorm een nieuwe gestalt?

    Het vertrekpunt ontwikkelt zich eenerzijds vanuit een banaal, onbenullig, onopgemerkt voorwerp uit het dagelijks stads-beeld, anderzijds vanuit een herinnering aan vormen -kleuren en objecten vanuit haar kindertijd. Nel maakt dan ook schetsen op shrinkel papier, speelt met de vorm van de rubberen ijsjesmal, maakt grote en kleine sculpturen waar de strijk-parels het startpunt voor zijn. Sokkels krijgen dan ook vorm uit de pinnentjesborden waar de strijkparels worden opgezet.  Een proces dat nog steeds aan het groeien is. (ref.WOLIBO)

    Een onderliggend en vaak terugkomend thema die altijd verweven zit in Nel haar werk is de ‘haat /liefde’ verhouding tussen mensen en dingen. Dit aspect uit zich vaak vormelijk; door gebruik te maken van scherpe geometrische vormen - afbakeningslijnen, contrasterende kleuren - texturen en bevreemdende schaalverhoudingen. Het oorzakelijk verband van dat thema is het vaak niet begrijpen van de dagdagelijkse handelingen – drukte, gesprekken, menselijke verhoudingen en onbegrip voor de ontwikkelingen in de hedendaagse maatschappij.

    Omwille van dit misnoegen en onbegrip bewaart Nel graag sculpturen, fragmenten en - of details van installaties.
    Dit doet ze door telkens opnieuw deeltjes vacuum te verpakken,  te stockeren in dozenen door sculpturen in te wikkelen in textiel.

    Nel haar werk kan daardoor confronterend, afstandelijk en donker overkomen bij de toeschouwer maar als men dieper kijkt is het werk heel fragiel en speels, waardoor er zich een bepaalde aaibaarheidsfactor ontwikkelt.

    Bij elk werk wordt de realistische schaalverhouding, de verkleining -en vergrotingsfactor aandachtig bestudeerd.
    Daarbij wordt telkens gezocht naar een dialoog en/of een confrontatie tussen het object en de toeschouwer in die specifieke ruimte.

    Naast de bepaling van de schaalverhouding is de keuze van het materiaal cruciaal.
    De materie is de ‘huid’ van de sculptuur en vertaalt op haar manier mede de inhoud.

    Bij voorkeur wordt in situ gewerkt. De ruimte is als het ware de gietvorm voor haar installaties en sculpturen.
    De omgeving is niet alleen inspiratie maar ook noodzaak voor de sculpturen. (bestaansreden?)
    Indien een installatie naar een andere ruimte wordt verplaatst ( bijvoorbeeld, de idee van de white cube zoals de afgebak-ende cleane galerij ruimte ), dan is het steeds weer een zoektocht hoe ze haar werk juist kan overbrengen zonder daarbij de intenties van het werk uit het oog te verliezen. Bij dergelijke situaties wordt vaak gewerkt met documenten van de proces-sen die elders plaatsvonden. Dit kan zijn doormiddel van het tonen van een onderdeel van de installatie, foto, een print of door gebruik te maken van scenografie waardoor de sculptuur in de nieuwe ruimte zijn betekenis niet verliest.
    Toch is de stelling belangrijk dat een beeld geen eenduidige betekenis kent.
    Er wordt niets opgedrongen. Het is aan de toeschouwer om vanuit zijn eigen bewustzijn een betekenis in de relatie tussen de verschillende beelden te leggen.